KC25-017
Uitspraak onafhankelijke klachtencommissie Wvggz Gelderland Midden en Zuid
Inzake: | XX |
Instelling: | Pompestichting |
Klachtnummer: | KC25-017 |
Datum ontvangst klacht: | 10 april 2025 |
Schorsingsverzoek: | Gehonoreerd |
Datum hoorzitting: | 22 april 2025 |
Datum beschikking: | 24 april 2025 |
Aanwezig bij de hoorzitting
XX (klaagster)
XX (PVP)
XX (partner)
XXMevrouw L. van Dijk, GZ-psycholoog (verweerder A)
XX, verpleegkundige (verweerder B)
XX (voorzitter, jurist)
XX (psychiater)
XX (algemeen lid)
Ingediende klacht
Klaagster is het niet eens met de aangezegde depotmedicatie als onderdeel van de verplichte zorg. Klaagster heeft verzocht om schorsing van verhoging van de medicatie tot aan de hoorzitting. De commissie heeft mevrouw XX, ambulant psychiater en zorgverantwoordelijke, hierover telefonisch gehoord en besloten het schorsingsverzoek toe te wijzen.
Bevoegdheid klachtencommissie
Klaagster heeft een klacht ingediend over een situatie als bedoeld in artikel 10:3 Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (hierna: Wvggz). De klachtencommissie is op grond van artikel 10:1 lid 2 Wvggz bevoegd om uitspraak over deze klacht te doen.
Procesverloop
De klachtencommissie heeft op 10 april 2025 een klachtenformulier ontvangen inzake verplichte zorg. Op 11 april 2025 zijn partijen geïnformeerd over de behandeling van de klacht, over het besluit van de commissie ten aanzien van het schorsingsverzoek en uitgenodigd voor een hoorzitting. Klaagster heeft toestemming gegeven voor inzage in haar medisch dossier. Op 16 april heeft de commissie het verweer ontvangen en op 17 april 2025 aan partijen doen toekomen.
De hoorzitting heeft door middel van videoconference plaatsgevonden op 22 april 2025. Partijen hebben tijdens de zitting hun standpunt toegelicht. De voorzitter deelt mede dat partijen uiterlijk 24 april 2025 de uitspraak tegemoet kunnen zien. Na de hoorzitting volgt een verkorte schriftelijke uitspraak.
De klachtencommissie heeft met toestemming van klaagster inzage gehad in de volgende stukken:
– Klachtenformulier;
– Verweerschrift;
– Signaleringsplan, d.d. 03-07-2024;
– Zorgkaart, d.d. 23-07-2024;
– Zorgplan, d.d. juli 2024;
– Medische verklaring t.b.v. de zorgmachtiging, d.d. 24-07-2024;
– Bevindingen GD, d.d. 24-07-2024;
– Zorgmachtiging, d.d. 23-08-2024;
– Beslissing verlenen verplichte zorg, d.d. 10-06-2024, 20-12-2024 en 06-03-2025;
– Medicatie overzicht
– Rapportages 01-01-2025 t/m 11-04-2025.
Feiten
Klaagster is een XX-jarige vrouw bekend met een schizofreniestoornis met eerdere psychotische ontregelingen, een middelgerelateerde stoornis en een persoonlijkheidsstoornis. Klaagster is momenteel opgenomen in de XX te XX.
De rechtbank heeft een zorgmachtiging afgegeven met een ingangsdatum van 23 augustus 2024 en een expiratiedatum van 23 augustus 2025. In de zorgmachtiging is, voor zover hier relevant, medicatie toegestaan als vorm van verplichte zorg.
Verslag van de hoorzitting
De voorzitter opent de vergadering en licht de procedure toe. Alle partijen stellen zich voor.
Standpunt van klaagster
De partner van klaagster licht de klacht van klaagster toe. Klaagster wordt begeleid door XX. Dat verloopt niet zo soepel. Klaagster is twee keer onterecht opgenomen en ging dan binnen twee weken weer met ontslag. Na de eerste opname zou een plan van aanpak gemaakt worden om toekomstige gedwongen opname en verplichte medicatie te voorkomen. Partner stelt dat klaagster middelengebruik wordt verweten maar er zijn geen testen gedaan. Klaagster vraagt al jaren om een onderzoek naar haar psychische gezondheidssituatie maar krijgt geen gehoor. Ze wordt van de straat geplukt, kort opgenomen, ingesteld op medicijnen en weer op straat gezet, aldus partner. Klaagster heeft een turbulent verleden en een pittig karakter, vult zij aan, maar medicijnen zijn niet nodig. Partner vertelt dat klaagster en zij veel samen zijn in haar huis. Partner heeft een kind van 10 jaar en ervaart veel steun van klaagster.
Klaagster voegt toe dat iedereen weleens een drankje neemt maar dat ze verder geen middelen gebruikt. Ze ervaart problemen en kan misschien niet goed omgaan met alles maar zoals het nu gaat is geen oplossing. Klaagster wil een plan maken om te voorkomen dat het weer mis gaat. Klaagster is bereid om mee te gaan in afspraken die nodig zijn maar wil niet steeds geconfronteerd worden met het verleden. In verleden heeft klaagster drugs gebruikt vertelt partner, maar is zelf hiervan afgekickt. Klaagster is niet goed omgegaan met de voorgeschreven Oxycodon waardoor er een nieuwe verslaving optrad.
PVP vult aan dat de gekozen oplossing niet duurzaam is. Er is sprake van een vicieuze cirkel. Klaagster kan haar maatschappelijk leven nu niet goed vormgeven en thuis gaat het niet zoals ze zou willen als gevolg van de bijwerkingen van de medicatie. De verplichte medicatie is hierdoor niet meer doelmatig, aldus PVP.
Standpunt verweerder
Verweerder A bevestigt dat er regelmatig sprake is van opname als gevolg van het staken van de medicatie. Ook zij wil graag die cirkel doorbreken. Verweerder is vanaf januari 2025 betrokken bij de behandeling van klaagster. Klaagster was al een tijd in zorg waarbij ze een tijd goed gefunctioneerd heeft met een Haldol depot. Klaagster had last van bijwerkingen waardoor er in overleg is geprobeerd om af te bouwen. Klaagster is toen echter eenzijdig gestopt met inname waardoor er binnen enkele maanden sprake was van een psychotische ontregeling. Zij is opnieuw ingesteld op medicatie maar daar snel weer mee gestopt hetgeen leidde tot een hernieuwde ontregeling. Dit patroon heeft zich verschillende keren herhaald, aldus verweerder. Het is niet gelukt om goed in de samenwerking te komen. Klaagster is eerder gescreend op ADHD maar er is geen aanleiding gevonden om dit verder te onderzoeken. Verweerder geeft aan dat klaagster vaker een verzoek indient voor onderzoek maar dat een gesprek hierover niet op gang komt. Zij stelt dat antipsychotische medicatie noodzakelijk is om voldoende beschermd te zijn tegen de gevoeligheid voor psychotische ontregeling.
De commissie constateert uit de stukken dat klaagster meerdere keren in de problemen is gekomen afgelopen jaren als gevolg van het staken van medicatie. Klaagster licht toe dat dit komt omdat ze niet gehoord wordt. Ze wil traumabehandeling om ontregeling te voorkomen. Volgens klaagster ondersteunen behandelaren in beide klinieken de visie van klaagster dat er geen sprake is geweest van psychotische ontregeling. Klaagster benoemt dat het soms niet zo goed gaat in haar leven. Ze was een tijd verdrietig, sikkeneurig en had geen zin om leuke dingen te doen, maar was niet ontregeld zoals behandelaren dat duiden.
Desgevraagd antwoordt klaagster dat ze in conflict kwam met haar omgeving omdat haar moeder de behandelaar had gebeld. Ze zag het verdriet van haar dochter en was bezorgd. Haar moeder drinkt veel en dan handelt ze zo, aldus klaagster. Klaagster heeft het gevoel dat ze naar iedereen moet luisteren zodat anderen niet denken dat ze ontregeld is. ‘Dat is geen leven’, aldus klaagster. Ze wil graag geholpen worden maar medicatie is onzin. Ze wordt nu gespoten terwijl er geen sprake is van ontregeling. Ze ervaart veel bijwerkingen en wordt er depressief van. Als ze toch medicatie zou moeten is ze bereid om orale medicijnen te slikken.
Klaagster verklaart jaren geleden een keer psychotisch ontregeld te zijn geweest. Er speelden veel dingen in die tijd. Ze was heel depressief. Ze was haar kinderen kwijtgeraakt doordat haar ex-vrouw haar sloeg. En de relatie met haar ouders liep niet goed. Klager was depressief en wilde haar bed niet meer uitkomen. De dochter van klaagster is 19 jaar en woont in de XX van klaagster. Haar zoontje van XX jaar woont bij zijn vader, vertelt klaagster.
Verweerder verklaart dat er vaker sprake is van ernstige ontregelingen waarbij het ernstig nadeel ziet op agitatie naar medewerkers en de omgeving van klaagster. De verhalen over hackers, die altijd aanwezig zijn, nemen dan toe in die periodes, aldus verweerder. Klaagster is dan angstig en er komen meldingen van politie over onrust in de buurt.
Na een gedwongen opname waarbij sprake is van slaap, rust en structuur normaliseert het toestandsbeeld snel, aldus verweerder. Ambulante begeleiding is dan niet toereikend om het beeld te stabiliseren. Verweerder vult aan dat drugsgebruik in de thuissituatie een trigger is voor ontregeling. Klaagster ontkent ter zitting dat zij drugs gebruikt en wil dit aantonen met urine- of bloedcontrole. Ze heeft in januari 2025 een keer coke gebruikt. Daar heeft ze veel spijt van. Ze loopt tegen de XX en wil geen gezeur meer over drugs. Ze heeft voldoende aan af en toe een drankje, verklaart klaagster.
Tijdens de vragenronde stelt klaagster dat ze al heel lang voornamelijk in XX verblijft bij haar partner en dat de politiemeldingen over problemen rond haar eigen woning dus niet aan de orde kunnen zijn. Klaagster benoemt dat het verhaal van de hacker is bevestigd door de politie. Er wordt naar de hacker gezocht, aldus klaagster.
Klaagster wordt momenteel ambulant behandeld. Ze vertelt soms last te hebben van nachtmerries over de gedwongen opnames waarbij veel mensen haar uit bed trokken en in de kliniek plaatsen. Ze wordt dan uit haar vertrouwde omgeving gehaald en krijgt injecties in haar bil. Alleen maar vanwege de verhalen over hackers, aldus klaagster. Volgens klaagster was dit onnodig en zeer stressvol.
De voorzitter constateert dat er een depot paliperidon gepland stond voor 14 april 2025 maar niet gegeven vanwege het gehonoreerde schorsingsverzoek. Verweerder licht toe dat weer de eerste nieuwe injectie zou zijn.
Tijdens de tweede ronde benoemt klaagster dat ze het patroon wil doorbreken. Ze wil een vaste contactpersoon, een vertrouwenspersoon die haar kan ondersteunen bij het tijdig ingrijpen om opname te voorkomen.
PVP vraagt zich af of het benoemde ernstig nadeel nog relevant is. Ze verzoekt om klagers wens te respecteren voor verder onderzoek.
Verweerder antwoordt dat hiertoe pogingen zijn gedaan. Er is meebewogen met klaagster door wisseling van regiebehandelaar en wisseling van medicatie bijvoorbeeld. Vanwege de bijwerkingen is geswitcht van Haldol naar paliperidon. Toen ging het een periode goed. Klaagster kwam op afspraken en er was meer samenwerking. Desgevraagd antwoordt verweerder A dat het moeilijk te zeggen is wat het effect is van de 2 depots paliperidon omdat ook andere omstandigheden gewijzigd zijn. Er is meer rust en structuur en abstinentie van drugs.
BEVINDINGEN VAN DE COMMISSIE
Ontvankelijkheid klacht en bevoegdheid commissie
Op grond van artikel 10.3 van de Wvggz kan een klacht worden ingediend bij de klachtencommissie over de nakoming van een verplichting of een beslissing op grond van de in dat artikel opgenomen bepalingen. Aangezien de klacht is gericht tegen de uitvoering van de verplichte zorg zoals bedoeld in artikel 8.9 Wvggz is de klacht ontvankelijk.
Gronden en overwegingen
Gelet op de ingebrachte stukken, de inhoud van de dossierstukken en het verhandelde ter zitting komt de klachtcommissie tot de volgende overwegingen.
Artikel 8:9 Wvggz bepaalt dat de zorgverantwoordelijke ter uitvoering van de (voortgezette) crisismaatregel en ter uitvoering van de zorgmachtiging een beslissing tot het verlenen van verplichte zorg niet neemt, dan nadat hij:
- zich op de hoogte heeft gesteld van de actuele gezondheidstoestand van betrokkene,
- met betrokkene over de voorgenomen beslissing overleg heeft gevoerd, en
- voor zover hij geen psychiater is, hierover overeenstemming heeft bereikt met de geneesheer-directeur.
Allereerst en meer in het algemeen overweegt de commissie dat verplichte zorg bij psychiatrische patiënten een ernstige inbreuk is op hun persoonlijke levenssfeer en/of lichamelijke integriteit. Deze inbreuk dient dan ook met de nodige waarborgen omkleed te zijn. Daarom worden er zowel op juridisch als op medisch gebied eisen gesteld aan het mogen toepassen van verplichte zorg. Op juridisch gebied moet verplichte zorg voldoen aan de gronden van de Wvggz en aan vormvoorschriften als vastlegging van het zorgplan en het uitreiken van een voldoende gemotiveerde schriftelijke kennisgeving van de verplichte zorg.
Klaagster is een XX-jarige betrokkene bekend met een bipolaire stoornis, persoonlijkheidsproblematiek en drugsgebruik. Klaagster ontkent psychotisch ziek te zijn, ze heeft wel ADD. Klager wil geen verplichte medicatie Paliperidon omdat zij last heeft van bijwerkingen, vooral vermoeidheid en bovendien is zij niet ziek. Doordat zij deze medicatie moet nemen (depot) vergroot dat haar zucht naar drugs.
Verweerder geeft aan dat klaagster een uitgebreide delict geschiedenis heeft, met agressie naar derden (waarvoor ook veroordeling), vernielingen en diefstal. Klaagster wordt besproken in het veiligheidshuis, er is intensief contact met ketenpartners wegens zorgen vanuit politie en gemeente. Klaagster heeft een zorgmachtiging, ambulante zorg wordt geleverd door het ForFact. Eerst verantwoordelijke behandelaar heeft het regiebehandelaarschap overgenomen vanaf januari 2025. Klaagster is onlangs opgenomen op de XX aansluitend XX na een manisch psychotische ontregeling. Klaagster is toen (opnieuw) ingesteld op een paliperidon depot. Na ontslag uit de kliniek ageert klaagster (meer dan voorheen) tegen de ambulante zorg. Bij aankondiging van de nieuwe depotdatum geeft klager aan deze niet te willen, en meldt zij bijwerkingen.
Het ernstig nadeel voor klager betreft psychotische ontregelingen waardoor risico op agressie voor derden en verder maatschappelijke teloorgang door verwaarlozing (haar woning). Er komen vanaf eind februari 2025 toenemend berichten over agressie, onrust, verwardheid van klager. Zowel van de wijkagent als van familie.
De verplichte zorg is schriftelijk aangezegd, waarbij is aangegeven dat klaagster wilsonbekwaam is verklaard. Uit de overgelegde stukken is voor de Commissie verder vast komen te staan dat klager lijdt aan een psychische stoornis. De Commissie heeft geen reden te twijfelen aan deze op een medisch deskundig psychiatrisch onderzoek gebaseerde diagnose. Ook de rechtbank is bij het afgeven van de zorgmachtiging van deze diagnose uitgegaan. De Commissie gaat daarom bij de verdere beoordeling uit van de vastgestelde psychische stoornis.
Inhoudelijk volgt de commissie verweerder. Het doorbreken van de cirkel van opnamen door verplicht depot is passend. Klager heeft meermaals antipsychotica geweigerd (ook depot), door het ernstig nadeel is dan opname noodzakelijk. Het ernstig nadeel wordt door de verplichte medicatie bestreden. De behandeling is proportioneel en veilig. Dit maakt dat haar klacht inhoudelijk ongegrond is.
Uitspraak
De klachtencommissie verklaart de klacht ongegrond.
Beroep
Klager, vertegenwoordiger of de zorgaanbieder kan door middel van een schriftelijk en gemotiveerd verzoekschrift bij de Rechtbank Gelderland beroep instellen ter verkrijging van een beslissing over de klacht. De termijn voor het indienen van een verzoekschrift bedraagt zes weken na de dag waarop de beslissing van de klachtencommissie aan de betrokkene is meegedeeld.
Aldus besloten,
namens de Wvggz klachtencommissie,
i/o
XX
Voorzitter Wvggz klachtencommissie Gelderland Midden en Zuid
Datum: 24 april 2025
Aantal bladzijden: 6